Dagelijkse uitgaven
Behalve rijst met groente worden er in Ghana heel wat producten gegeten die in Nederland pas bekend zijn geworden sinds veel Afrikanen hier kwamen wonen, zoals okro, cassave, plantain (bakbananen) en yams. Daarvan wordt bijvoorbeeld fufu gemaakt, een mengsel van cassave en plantain, dat geserveerd wordt met pindasoep en, als je het geld ervoor hebt, vis. Kenkey zijn een soort ballen van maisdeeg, die worden gegeten met rode pepersaus en gebakken vis. Als er ook cassavedeeg aan wordt toegevoegd, heet het banku. Maar als Ghanezen uit eten gaan, kiezen ze zonder op de kaart te kijken vrijwel altijd voor rijst met kip. Ze drinken er een biertje bij. Of één van de bekende ‘westerse’ frisdranken. Fruit is er in overvloed: ananas – nergens zo lekker als daar -, watermeloen, papaya, citrusvruchten en avocado.
Er verschijnen steeds meer supermarkten waar alles te koop is. Niet voor iedereen: je ziet er vooral blanken rondlopen. De Ghanezen, met inkomens tussen ongeveer 20 euro per maand voor een serveerster en maximaal 200 euro voor iemand met een goede kantoorbaan, kunnen zich beslist geen tube sensodyne tandpasta van 8 euro permitteren! De Ghanezen gaan dus liever naar de kleine groenteverkopers die je overal ziet.
Huishouden
De meeste Ghanezen huren hun woning. Dat is niet goedkoop: een éénkamerwoning kost ongeveer 30 euro per maand en wie een huis wil huren moet vaak één of twee jaar huur vooruit betalen. Het verschijnsel ‘hypotheek’ is onbekend en hoewel je voor een bedrag tussen 2500 en 3400 euro een flink stuk grond kunt kopen, is dat voor de meeste Ghanezen niet weggelegd.
De huizen in de steden hebben in principe stromend water en elektriciteit. Maar dan ook alleen maar in principe. Niemand kijkt vreemd op als er geen water uit de kraan komt en het beeld van vrouwen of kinderen met een teil of emmer op het hoofd is dan ook alledaags. In de dorpen zijn de mensen vaak aangewezen op waterputten of op een bassin, dat gevuld wordt door een tankwagen.
Ook de stroom doet het even vaak niet als wel. De dorpen beschikken vaak helemaal niet over een elektriciteitsnet.
Op pad
Voor langere afstanden wordt gebruik gemaakt van bussen, voor kortere door taxi’s, gedeeld door meerdere mensen. Een ‘eigen’ taxi lijkt voor ons Europeanen goedkoop (3 euro), maar is voor Ghanezen behoorlijk prijzig.
Tussen de dorpen rijden kleine busjes, altijd volgepakt met mensen, de zgn. trot-trot.
Kinderen
Ghanese kinderen krijgen, anders dan westerse kinderen, geen fantasienamen. Traditioneel krijgen ze als eerste naam die van de dag waarop ze geboren zijn: een jongen die op zondag geboren is heet Kwesi, een zondagsmeisje heet Akoos. Van de bekende Kofi Anan kunnen we eenvoudig nagaan op welke dag hij werd geboren: Kofi is een vrijdagskind. Alle geboortedagen op een rijtje.
Man | Vrouw | |
Maandag | Kojo/Cudjoe | Adwoa/Adjoa |
Dinsdag | Kwabena | Abena |
Woensdag | Kwaku/Kweku | Akua/Ekua |
Donderdag | Yaw | Yaa |
Vrijdag | Kofi | Afua/Efua |
Zaterdag | Kwame | Ama |
Zondag | Kwesi | Akosua/Akoos |